De meeste initiatieven komen bij burgerinitiatieven uit een wens voor de eigen buurt. Bewoners hebben wensen voor de leefbaarheid, zien iets wat wordt gemist, wat hersteld moet worden, wat achterblijft bij hun verwachtingen of maken hun eigen buurt een stukje gezelliger.
In zo’n initiatief zit dan vaak ook een heleboel voorkennis. Je weet hoeveel voetballers er zijn in de wijk die een doeltje missen; je ergert je met alle ouders aan het kale veldje vol hondenpoep; je zou je oudere buur graag blij maken met wat fleuriger groen of een bankje bij de speelplek. Deze voorkennis leidt je tot een eerste idee. Je deelt dat idee eens tijdens een praatje met de buren en vindt medestanders. Maar misschien ook wat aanpassing van je idee door een extra mening. Eigenlijk zet je nu al de eerste stappen in het burgerinitiatief; de start is gemaakt. Hoe nu verder?
Als je in reuzenstappen naar een initiatief kijkt, zijn dit de stappen:
Als je de stappen iets kleiner maakt, dan zie je er wellicht wat meer praktijk in. Let op, niet elk burgerinitiatief houdt zich -om welke reden dan ook- aan de volgorde van de gebeurtenissen. Maar wij maken wel alle stappen in elk burgerinitiatief. De duur van elke stap is heel verschillend. In het hoofdstuk succesfactoren staan een aantal belangrijke basis-weetjes die in alle fases van belang zijn en die meer of minder bijdragen aan elke fase: -idee -plan -inspraak (aanpassen van het plan indien nodig) -kinderinspraak -droomplan -goedkeuring in wijk en gemeente- geld (aanpassen van het plan indien nodig) -uitvoeren (en beheren).
Idee: er is een eerste wens tot verandering (vraag als persoon of kleine groep bedenkers daarover eens de mening van andere buurtbewoners of andere betrokkenen en leer daar wat van).
Plan: het idee wordt breder gedragen en de wens om dit echt voor elkaar te gaan krijgen, is besproken met mede- en tegenstanders; deze mensen zoek je wat ruimer uit dan je kring van bekenden, denk aan een woningcorporatie, ambtenaar van de gemeente, wijkraad, aangelegen sportclub, grondeigenaar. Je maakt met meenemen van al deze kennis zelf een plan of betrekt een expert om het plan te maken en misschien ook een advies op te geven. Let op: De regelgeving voor openbaar buiten spelen is anders dan in je eigen achtertuin.
Inspraak: het plan dat je hebt opgesteld kan niet definitief worden zonder inspraakmoment. Laat alle partijen die meedenken erop reageren, maar vergeet zeker ook niet om de minder positieve buurtbetrokkenen te informeren. Juist op dit moment in het initiatief kunnen zij -soms zeer rake en waardevolle- zienswijzen verschaffen waarmee het initiatief van alle kanten wordt belicht. Ook de boze-buurman-kant is belangrijk! Je kunt hier samen de beste oplossing zoeken en aanpassen. Het voorschotelen van een niet meer te wijzigen plan zal vaak in het verkeerde keelgat schieten. Houd deze gedachte ook zelf goed voor ogen!
Kinderinspraak/-participatie: wanneer het gaat om een initiatief voor buiten spelen, dan is het vanzelfsprekend dat kinderen om hun mening wordt gevraagd. Het is belangrijk dat je dat doet op een manier die open is en niet stuurt naar de grote-mensen-wensen. Je vraagt kinderen bijvoorbeeld beter naar wat zij willen dóen, dan naar wat zij willen hébben. Tegelijk is het belangrijk dat kinderen snappen dat plannen maken iets anders is dan uitvoeren en dat de uitvoering van de wensen nog echt wel een poos kan gaan duren. Voor hen soms moeilijk te begrijpen. Speeltuinwerk Limburg kan je helpen om kinderinspraak goed neer te zetten in jouw initiatief, maar ook hoe je de resultaten ervan weer kunt verwerken in jullie plannen. Kinderparticipatie: Natuurlijk kunnen kinderen ook een rol krijgen in de plannen. Zo kunnen zij de plannen mede vorm geven met bijvoorbeeld een ontwerp- of knutselwedstrijd of kunnen zij een rol spelen bij de presentatie van plannen. In de uitvoering kunnen kinderen helpen bij bijvoorbeeld de beplanting van de speelplek, het maken van vogelhuisjes of het pimpen van een picknickbank.
Droomplan: dit is het plan dat je maakt als je niet direct rekening houdt met geld en mogelijkheden. Jullie droom geeft de best mogelijke situatie weer van wat je wil en wat zou kunnen zijn. De sfeer en de wensen zijn daarin wel duidelijk herkenbaar. Het zal niet vaak gebeuren dat dit ook direct kan worden uitgevoerd. Dat is niet erg. Vanuit dit droomplan kun je bekijken wat echt belangrijk is en wat “mag”. De keuze maken om iets weg te laten of uit te stellen naar een later (betaalbaarder) moment is dan aan jullie. Laat ook daar een mooi moment zijn voor inspraak.
Goedkeuring: veelal gebeuren initiatieven op grond van de gemeente of een particulier en daarmee wordt er ook een verantwoordelijkheid gekoppeld aan deze partij. Als ook het beheer bij deze partij terecht komt, is het niet meer dan gewoon om het plan hun goedkeuring te laten krijgen. Immers, openbaar spelen kent andere regelgeving dan spelen in de achtertuin. Dat geldt voor aankopen, beheren en aansprakelijkheid. Goedkeuring heeft nog een andere kant: met de goedkeuring van de grondeigenaar maak je sneller stappen naar ondersteuning. Een gemeente kan zowel in diensten als in geld ondersteunen bij jullie plannen. Andere ondersteuners, fondsen en sponsoren leunen ook graag op de goedkeuring alvorens iets toe te zeggen.
Een goedgekeurd (definitief) plan mag met trots gepresenteerd worden in de buurt, maar is ook een goede ondersteuning van de zoektocht naar extra financiën.
Geld: hoe groot of hoe klein je initiatief ook is, er is altijd geld voor nodig. Soms mag je rekenen op een mooi basisbedrag vanuit gemeente of andere instantie, maar vaak moeten ook op dat gebied de handen uit de mouwen. Je kunt kiezen voor een aanvraag bij een fonds (bijvoorbeeld Oranjefonds of Jantje Beton), lokale sponsors te zoeken (in geld of diensten) of zelf aan de slag te gaan (acties voor dit goede doel, zoals een sponsorloop of lege flesseninzameling). Je kunt dit zelf doen of een professional in deze zaken in de arm nemen. Speeltuinwerk Limburg kijkt graag met je mee in jullie financiële uitdaging. Kijk bij verwijzing voor nuttige links en op de pagina “Geld voor jouw project”.
Uitvoeren (en beheren): “het lukt jullie”: het initiatief komt in de uitvoerende fase en jullie gaan aan de slag. Controleer tijdens de uitvoering goed of afspraken worden uitgevoerd zoals overeengekomen met aannemers en leveranciers. Geniet ervan en zorg dat je voor alle betrokkenen ook zeker een mooi openingsmoment creëert waarop je met trots kunt kijken op jullie avontuur en het resultaat.
Maak ruim voor de uitvoering en feestelijke opening goede afspraken omtrent beheer van de plek. Wie doet wat, wie betaalt, wanneer moet wat gebeuren en we is eindverantwoordelijk. Dat voorkomt veel teleurstelling achteraf. En -niet minder belangrijk- als je in de buurt de handen uit de mouwen blijft steken, houdt je de hele buurt betrokken bij het speelveldje en bij elkaar. Buiten spelen is op die manier goed voor de kleine én de grote mensen!